Bosch-onderzoek: Duitsland sceptischer over technologie dan andere landen

Man drukt op pauzeknop tegen achtergrond van technologie en kunstmatige intelligentie
Illustratieve afbeelding bij een artikel over Duitse scepsis tegenover snelle technologische vooruitgang. Illustratie: AI-gegenereerd beeld | © Duitsland Vandaag – Allard van Gent

De technologische ontwikkelingen van de afgelopen jaren volgen elkaar in razend tempo op. Kunstmatige intelligentie, humanoïde robots en futuristische plannen om mensen ooit op Mars te laten wonen: voor veel Duitsers gaat het simpelweg te snel. Uit een internationale studie blijkt dat een groot deel van de Duitse bevolking het liefst even op de pauzeknop zou willen drukken.

Dat blijkt uit de nieuwste editie van de Bosch Tech Compass, een jaarlijks onderzoek dat de houding tegenover technologische vooruitgang in kaart brengt. Voor het onderzoek werden inwoners van zeven landen ondervraagd. In Duitsland overheerst daarbij meer terughoudendheid dan elders.

Vooruitgang ja, maar liever niet te snel

Op de vraag of technologische vooruitgang de wereld tot een betere plek maakt, antwoordt 59 procent van de Duitsers bevestigend. Dat klinkt positief, maar in vergelijking met andere landen is het aandeel relatief laag. In China ziet zelfs 87 procent technologie als de sleutel tot een betere toekomst, in India 84 procent. Ook in de Verenigde Staten, Brazilië en het Verenigd Koninkrijk is het optimisme groter.

Opvallend is dat ongeveer de helft van de Duitse respondenten aangeeft dat de huidige technologische veranderingen hen soms overvragen. Veel mensen zouden het tempo graag vertragen om zich beter aan te kunnen passen aan wat er allemaal op hen afkomt.

Sciencefiction liever op het scherm dan in het echt

Wanneer technologie de sfeer van sciencefiction benadert, haken veel Duitsers af. Slechts een kleine minderheid ziet het zitten om ooit op een andere planeet te wonen. Het idee om het eigen brein direct met internet te verbinden, stuit op nog meer weerstand: slechts 13 procent zou daar onder voorwaarden voor openstaan.

Ook het delen van persoonlijke gegevens om bijvoorbeeld de gezondheidszorg te verbeteren, wordt met argwaan bekeken. Bijna driekwart van de ondervraagden in Duitsland wijst zo’n vergaande vorm van datadeling af.

Grote kloof tussen belang en voorbereiding

Tegelijkertijd erkennen veel Duitsers het belang van nieuwe technologie. Zo beschouwt 77 procent kunstmatige intelligentie als de meest invloedrijke technologie van de komende jaren. Toch voelt slechts 40 procent zich voldoende voorbereid op deze ontwikkelingen. In geen van de andere onderzochte landen is het verschil tussen belang en zelfvertrouwen zo groot.

Ook het vertrouwen in de randvoorwaarden ontbreekt. Minder dan een derde van de respondenten vindt dat het Duitse onderwijssysteem innovatief denken stimuleert. En slechts een kwart heeft vertrouwen in de huidige regelgeving als motor voor vernieuwing.

Oproep tot meer ruimte voor innovatie

Volgens Bosch-topman Stefan Hartung laten de resultaten zien dat Duitsland voor een duidelijke uitdaging staat. De maatschappelijke acceptatie van innovatie moet omhoog, vindt hij. Dat vraagt niet alleen om betere voorlichting, maar ook om gunstigere voorwaarden voor bedrijven.

Hartung pleit onder meer voor fiscale stimulansen voor investeringen in innovatieve technologie, minder bureaucratie en meer flexibiliteit. Daarnaast wijst hij op de Duitse neiging om risico’s te mijden. Een andere omgang met falen en experimenteren zou volgens hem helpen om het vertrouwen in vooruitgang te vergroten.