Negentien jaar na het iconische Sommermärchen – het Wereldkampioenschap voetbal van 2006 in Duitsland – heeft het Landgericht Frankfurt een definitief oordeel geveld: de Duitse voetbalbond DFB moet 110.000 euro boete betalen wegens belastingontduiking.
Het proces, dat meer dan een jaar duurde, draaide om foutieve belastingaangiften in verband met een betaling van 6,7 miljoen euro aan de FIFA. Deze betaling was in werkelijkheid bedoeld als terugbetaling van een lening van zakenman Robert Louis-Dreyfus, maar werd door de DFB creatief verpakt als bijdrage aan een openingsgala dat nooit plaatsvond.
Volgens de rechtbank is onomstotelijk bewezen dat de DFB belasting heeft ontdoken. De voorzittende rechter, Eva-Marie Distler, sprak van een “catastrofaal beeld” dat de voetbalbond tijdens het proces heeft afgegeven. De totale boete komt uit op 130.000 euro, inclusief een extra bedrag van 20.000 euro wegens de lange duur van de rechtsgang.
De aanklacht tegen voormalige topfunctionarissen zoals Theo Zwanziger, Wolfgang Niersbach en Horst Schmidt is eerder al tegen geldbetalingen geseponeerd. Daarmee komt het omvangrijke proces na bijna twee decennia tot een einde.
Een smet op het Duitse voetbalfeest
Het Sommermärchen van 2006 geldt nog altijd als een hoogtepunt in de Duitse voetbalgeschiedenis, maar de financiële schaduwzijden ervan achtervolgen de bond tot op de dag van vandaag. De uitspraak werpt opnieuw vragen op over transparantie en integriteit binnen de sportwereld.