
De Duitse regering presenteert een ambitieuze federale begroting voor 2025 met recordinvesteringen in infrastructuur, onderwijs en defensie. Maar de kritiek is fel.
Met de woorden “Wir investieren so stark wie noch nie zuvor” heeft Bundesfinanzminister Lars Klingbeil (SPD) vandaag de federale begroting voor 2025 gepresenteerd aan de Bondsdag. De kernboodschap: burgers moeten in hun dagelijks leven iets gaan merken van deze begroting – of het nu gaat om gladgestreken straten, gerepareerde schooltoiletten of meer oplaadmogelijkheden voor elektrische auto’s, ook in kleinere dorpen.
De SPD-politicus benadrukte dat de regering werk maakt van wat jarenlang verwaarloosd is. Met 503 miljard euro aan uitgaven en een recordbedrag van 115,7 miljard euro aan investeringen – een stijging van 55 procent ten opzichte van 2024 – wil de regering laten zien dat Duitsland toekomstbestendig wordt gemaakt. Er gaat geld naar onder andere de Bundeswehr, de spoorwegen, het onderwijs, de digitale infrastructuur en sociale woningbouw.
Signaal van daadkracht
De regering hoopt hiermee het vertrouwen van de bevolking in een slagvaardige staat te herstellen. Klingbeil erkende het jarenlange spanningsveld tussen investeren in veiligheid, klimaat of industrie – maar stelt: “Alles is noodzakelijk.”
Hevige kritiek vanuit oppositie
De oppositiepartijen uitten scherpe kritiek. De Groenen verwijten de regering een gebrek aan visie en het verstoppen van uitgaven in “Sondervermögen”. Die Linke spreekt van onverantwoord hoge defensie-uitgaven die toekomstige generaties zullen belasten. En de AfD noemt de begroting zelfs een “finanzpolitischen Amoklauf” (financieel wanbeleid zonder rem of richting).
Ook de geplande verlaging van de elektriciteitsbelasting – die niet voor iedereen geldt – leidt tot onvrede in het parlement. De begroting zal tot september in de Bondsdag worden besproken.
Zichtbaar of symbolisch?
Hoewel de regering inzet op zichtbare verbeteringen, blijft de vraag hoeveel daarvan binnen afzienbare tijd werkelijkheid wordt. Want zolang de definitieve goedkeuring in september uitblijft, mogen geen nieuwe projecten worden gestart – en blijft het bij beloftes.